MG B GT V8

De MGB GT V8 was een van die perfecte componentencombinaties. Het was echt verrassend dat het een privéondernemer, Ken Costello, was die hem op de markt bracht. Hij zag de mogelijkheid om de MGB-motorruimte te voorzien van een grotere motor. Hij was immers ontworpen om een ​​V4-motor te huisvesten die nooit in productie is genomen.

De Buick/Oldsmobile/Pontiac 215, werd voor het eerst gemonteerd op een Rover P5B in 1967. De motor transformeerde de nogal saaie Rover en in de daaropvolgende jaren profiteerden verschillende andere Rover-auto’s van deze motor. Morgan bemiddelde een deal om hem te gebruiken in het onlangs ter ziele gegane Plus 8-model, een briljante demonstratie van het potentieel van de motor als sportwagen.

De motor was een natuurlijke keuze voor de MGB, want niet alleen was de motorruimte ideaal, maar de volledig gelegeerde V8 woog vrijwel hetzelfde als de B-serie motor, dus de handling was niet verstoord op dezelfde manier als bij de MGC. Hij was krachtig en efficiënt, dus de verbluffende prestaties gingen niet ten koste van enorme brandstofrekeningen.

BL was hier niet blind voor en gaf Abingdon toestemming om hun eigen versie te produceren – binnen een keurslijfbudget! Toch slaagden ze erin om uitstekend werk te leveren en het resultaat verscheen medio 1973. De belangrijkste kritiek bij de lancering was dat de auto te veel leek op de normale MGB GT, maar veel meer kostte. De brandstofcrisis na de oorlog in het Midden-Oosten in oktober 1973 zette de toon voor de ondergang van veel auto’s met grote motoren, en dit was het geval voor de V8, ongeacht het brandstofverbruik van bijna 1800cc, want in 1976 werd deze geschrapt nadat er slechts 2591 waren gemaakt. Sindsdien wordt geschat dat er meer V8-conversies zijn uitgevoerd.